Het Vergeten Leger
Nederlandsch Indië 1945-1950
Generaal S. H. Spoor
Commandant van de strijdkrachten in Nederlands Indië
Legermuseum Delft
Simon Hendrik Spoor
Amsterdam  12 - 01 - 1902  -  Batavia  25 - 05 - 1949

2e Luitenant per 31-07-1923, 1e Luitenant per 31-07-1926, Kapitein per 23-11-1934, Majoor per 27-05-1943, Luitenant-Kolonel per 10-01-1944, Kolonel per 17-02-1945, Generaal-Majoor (tijdelijk Gen.-Maj.,tevens Legercommandant) per 19-01-1946, Luitenant-Generaal per 02-09-1946, Generaal per 23-05-1949

Zoon van Andreas Petrus Spoor, concertmeester en dirigent van het Concertgebouworkest te Amsterdam.

Spoor doorliep na het middelbare onderwijs in Den Haag de kadettenschool te Alkmaar en de Koninklijke Militaire Academie te Breda. In 1923 volgde de benoeming tot tweede luitenant der infanterie en was vanaf 1924 op Borneo gedetacheerd. Van 1929 tot 1932 studeerde hij aan de Hogere Krijgsschool in Den Haag. Na twee jaar bij de Generale Staf te Bandoeng te hebben gediend, werd hij in 1934 docent strategie en tactiek aan de KMA te Breda. Vanaf 1938 verbleef Spoor opnieuw in Indië, onder meer als Hoofd van de afdeling Politieke Zaken van de Generale Staf en als docent oorlogsrecht en Indisch noodrecht aan de Hogere Krijgsschool te Bandoeng. Ook was hij militair medewerker van de Javabode.

In maart 1942 behoorde Spooor tot de selecte groep van hoge ambtenaren en militairen die bij de capitulatie voor Japan uitweek naar Australie. Hij was daar belast met de opbouw van de Netherlands Forces Intelligence Service (NEFIS).

Na de capitulatie van Japan vond er een splitsing plaats van de functie Bevelhebber Strijdkrachten Oosten in aparte commando's voor leger en vloot en begin 1946 werd er een begin gemaakt van de verjonging aan de top van de legerleiding, waarmee de regering een soepeler aanpassing aan de gewijzigde omstandigheden in Indie hoopte te bereiken. Bij Koninklijk Besluit van 19 januari 1946 werd de toen 44-jarige kolonel Spoor benoemd tot legercommandant in Indië met de rang van tijdelijk luitenant-generaal. Op 31 januari nam hij het commando over van de luitenant-generaal L.H. van Oyen. De ongeveer even oude generaal-majoor D.C. Buurman van Vreeden, evenals Spoor oud-staf officier van het KNIL, werd hem in maart 1946 als Chef Staf toegewezen.

Operationeel viel de legercommandant in Indie tot najaar 1946 onder het geallieerde South-East Asia Command (Mountbatten), dat slechts geringe aantallen Nederlandse militairen op Java toeliet. Vanaf september 1946 vereiste de integratie van de uit Nederland overkomende troepen in die van het KNIL een omvangrijke en moeizame organisatie.

In januari 1947 verbleef Spoor enige weken in Nederland ter bespreking van de als gevolg van de talrijke bestandsschendingen verslechterende militaire situatie. Aangezien de politieke onderhandelingen stagneerden en de financiele positie van Nederland geen slepend conflict kon verdragen, werd medio 1947 besloten tot militaire actie over te gaan. De eerste politionele actie, die van 21 april tot 4/5 augustus 1947 onder de codenaam Product werd gevoerd, beoogde primair het terugwinnen van economisch belangrijke gebieden op Java en Sumatra. Deze doelen werden vlot bereikt, maar de bezetting van de Republikeinse hoofdstad Djakja werd de legerleiding, op politieke gronden, niet toegestaan.

Omdat ook in de loop van 1948 de bestandsschendingen bleven voortduren, drong de legerleiding aan op hernieuwde militaire actie ter liquidering van het republikeins bolwerk Djokja. Een tweede politionele actie (operatie Kraai) werd gevoerd van 18 december 1948 tot 5 januari 1949, daarbij werd Djokja vanuit de lucht bezet en konden de republikeinse leiders als Soekarno en Hatta geinterneerd worden. Nu begin 1949 geheel Java was bezet, vereiste het onder controle houden van de veroverde gebieden voortdurende activiteit van de Nederlandse troepen. De ontruiming van Djokja in mei 1949 was echter geen militaire noodzaak, maar een aan Nederland bij het 'Van Roijen-Roem-Akkoord' afgedwongen politieke concessie. Spoor heeft toen de tot rebelleren geneigde legerofficieren in Djokja ervan weten te overtuigen dat de militairen het beleid van de burgelijke autoriteiten hoe dan ook dienden te volgen.

Op 23 mei 1949 werd Spoor tot generaal bevorderd. Dezelfde dag werd hij plotseling ziek en overleed twee dagen later te Batavia. Postuum werd hij benoemd tot Commandeur in de Militaire Willems-Orde

Generaal Spoor, die van zijn vader een gedegen vioolopleiding ontving, was meer dan een kundig en populair officier, als legercommandant was hij tevens hoofd van het departement van Oorlog te Batavia, een functie waarin hij meermalen blijk heeft gegeven ook over de nodige politieke kwaliteiten te beschikken. Hoewel in bepaalde situaties voorstander van de harde lijn, heeft Spoor in de kritieke jaren 1946 tot 1949 het door politici uitgestippelde beleid loyaal uitgevoerd.

De generaal werd op 28 mei 1949 begraven op het ereveld Mentung Pulu, temidden van 'zijn manschappen'.
GEN-SIMON-H-SPOOR-CDT-VAN-HET-LEGER-IN-INDONESIE-12-I-1902--25-V-1949
Terug naar
FOTOGALERIJ
Generaal Spoor samen met Generaal Kruls, tijdens een radiopraatje over de reorganisatie van het leger in Indië.
Den Haag, 09 augustus 1946
Generaal Spoor reikt de  Bronzen Leeuw uit aan de sergeant van de M.P. Lelealuw.
Batavia, 09 mei 1949
De generaal op bezoek bij de Y-Brigade
Standaard van Generaal Spoor
(thans in de collectie van het Oorlogs- en Verzetsmuseum te Overloon)
De onderscheidingen van de generaal
 
- Commandeur in de Orde van  de militaire Willems-orde
 
- Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw
 
- Commandeur in de Orde van Oranje-Nassau, met zwaarden
 
- Oorlogsherinneringskruis met gesp 'Nederlandsch-Indie 1941-1942'
 
- Ereteken voor Orde en Vrede met de gespen 1945 - 1946 - 1947 - 1948 - 1949
 
- Mobilisatiekruis 1914-1918
 
- Officierskruis
 
- Medal of Freedom in brons
 
 
 
 
 
 
 
In 2009 door mevrouw Spoor-Dijkema geschonken aan Museum Bronbeek
Tot mijn grote verbazing trof ik in het hiernaast getoonde voorschrift de bovenstaande handtekening aan van de toenmalige 1e luitenant Infanterie Spoor!