Het Vergeten Leger
Nederlandsch Indie 1945-1950
Alleen model C
Doorsnede 3 cm.
Foto van Sergeant Artz met op zijn uniform jas een stoffen embleem van de 'Photo Verkennings Afdeling',
zie het desbetreffende embleem hierboven.

Photo
Verkennings
Afdeling
ML-KNIL
Waarschijnlijk borstzakembleem, tevens werd door het opereatief personeel een wing met camera gedragen.
Reeds tijdens de 2e Wereldoorlog werd het belang van goede inlichtingen, verkregen door middel van luchtfotografie, door de staven ingezien. Een B-25 van het 18 squadron NEI, dat gestationeerd was in Australië  werd voorzien van een camera en heeft vele opdrachten uitgevoerd voor de NEFIS (Netherlands Forces Intelligence Service).
Na deze positieve ervaringen werd in Batavia, op 10 november 1945,  het Kantoor Fotodienst opgericht. Op 1 juni 1946 veranderde men de naam in Kantoor Foto-Film Dienst en werden tegelijkertijd de fotosectie Tjililitan en de fotoschool te Andir opgericht.
In het begin was er een groot tekort aan goed filmmateriaal, camera's, behoorlijke huisvesting en personeel. Geleidelijk werd de situatie beter en had dit nieuwe onderdeel van de ML twee omgebouwde B-25's (FB 25's) en een grote hangar op Tjililitan ter beschikking .
Op 1 januari 1947 werd officieel de "Photo Verkennings Afdeling" opgericht.
De taak van de PVA bestond uit het vliegen van film en foto verkenningsopdrachten verstrekt door het HKML (Hoofdkwartier ML), plaatselijke Troepencommandanten en de Marine. Maar er werden ook opdrachten uitgevoerd voor civiele instanties, zoals het Gouvernement en het bedrijfsleven voor informatie over cultures, olievelden en andere economische objecten.
Naast de reeds in gebruik zijnde FB-25's kreeg de PVA medio 1947 de beschikking over drie Piper Cup's en een voor fotoverkenningen omgebouwde P-51 Mustang. De kleine en lichte Piper Cup's waren uitermate geschikt voor verkenningen op geringe hoogte terwijl de P-51 juist voor opdrachten op grote hoogte geschikt was.  Op deze wijze beschikte de PVA over een grote mate van flexibiliteit en kon het elke vraag naar fotoverkenningen uitvoeren.
Een grote opdracht kwam van het Amerikaanse PHMP (Post Hostillties Mapping Plan) waarvoor de PVA de kartering van de Kleine Soenda eilanden verzorgde.
Een jaar na oprichting beschikte de PVA over vijf FB-25's, twee FP-51's en vijf Piper Cups.
Voor aanvang van de politionele acties heeft de PVA de opmarswegen, bruggen en vliegvelden in kaart gebracht zodat de staven een goed beeld konden vormen van eventuele dan wel verwachte moeilijkheden tijdens de opmars.
Tijdens beide politionele acties, van 21 juli 1947 en 19 december 1948, werd ook veelvuldig gebruik gemaakt van de diensten van de PVA.
Resultaten van bombardementen en artilleriebeschietingen van de eigen troepen konden worden geanalyseerd, evenals vernielingen van de TNI, die de "tactiek van de verschroeide aarde" toepaste.
Tijdens de acties heeft de PVA meer dan honderd opdrachten gevlogen.
De eerste drie maanden van 1949 vloog de PVA nog vele operationele opdrachten en was deze periode, operationeel gezien, de drukste ooit.  Gedurende het jaar 1949 werd het rustiger en vanaf begin 1950 waren er nauwelijks nog operationele vluchten.
Op 1 maart 1950 werd de PVA opgeheven. Een klein deel van het personeel met een FB-25 en een FP-51 werd nog voor korte tijd ingedeeld bij het 18 squadron.