Het Vergeten Leger
Nederlandsch Indië 1945-1950
Uitvoeringen:
A - D - E -G
D: rookpluim naar links en rechts (paren)
E: kleiner formaat dan D
E.
4e t/m 9e Afd.
Veldartillerie KL

Soldaat 1 A.C. ter Smitten
Categorie: OVW (4 t/m 7) - Calmeijer eenheden
Embleem ingevoerd: september 1946. Ontworpen door kapitein Brikgreve van de 7e Afdeling (Z-Brigade, Noord-Sumatra). N.a.v. het embleem werden de afdeling ook wel ' rokende puinhopen' genoemd.

Het embleem staat symbool voor het gebruik van de artillerie in de tropen. Tevens zijn de artillerie kleuren (rood en blauw) overwegend in het embleem aanwezig. Voor de 8e en 9e Afdeling werden de (stoffen) emblemen in Engeland aangemaakt (uitvoering D) en vervolgens door alle afdelingen overgenomen.
In april 1946 werden in de Legerplaats bij Oldebroek acht battarijen veldartillerie opgericht. Deze werden na aankomst in Indië samengevoegd tot vier afdelingen veldartillerie (AVA): 4 AVA, 5 AVA, 6 AVA en 7 AVA. De nummering begon bij 4 omdat het KNIL beschikte over drie afdelingen veldartillerie. Eind 1946 vond nog de oprichting plaats van 8 AVA en 9 AVA, die grotendeels uit dienstplichtigen bestonden, van de lichting 1945 en 1946 met kader bestaande uit OVW'ers. De zes afdelingen zouden pas in 1949 naar huis terug keren.

Indeling:

De afdelingen werden hoofdzakelijk op Sumatra ingezet vanwege het feit dat de drie afdelingen KNIL artillerie reeds op Java aanwezig waren en vervolgens geen artillerie beschikbaar hadden voor de bruggenhoofden rond Medan, Palembang en Padang.

* De afdeling beschikte niet over geschut, maar dat was nauwelijks een probleem omdat de infantristen van de V-brigade (drie bataljons ovw'ers, 1-3 RI, 1-5 RI en 1-9 RI) zelf hun eigen artilleriehadden opgericht, de zogenaamde 'illegale' artillerie.
Opstelling in het Nederlands Artillerie Museum